Het avontuur van het schilderen heeft Ton Schulten (1938) vast in zijn greep. Hoewel zijn landschapskunst minder regionaal en meer universeel is geworden, voelt hij zich als geen ander verbonden met glooiende essen, prehistorische stuwwallen, mystieke boomgroepen en oude Saksische vakwerkboerderijen met hun witte windveren in Twente en met name rond Ootmarsum.
Het werk van Ton Schulten is niet gemakkelijk onder één noemer te vangen. Het is expressionistisch van karakter, maar staat volstrekt op zichzelf. Dat laatste heeft Ton Schulten van meet af aan nagestreefd: hij wilde schilderen op een manier die niemand eerder had laten zien. Vanuit brede, verticale banen bouwt hij zijn composities op. Zoals een kind bouwt met blokken uit een blokkendoos, zo bouwt Ton Schulten onverdroten voort aan een mystiek landschapsmozaïek, dat weliswaar alleen in zijn fantasie bestaat, maar dat toch altijd weer ontsproten is aan het oorspronkelijke Twentse coulisselandschap.
Waren zijn landschappen aanvankelijk slechts spaarzaam ‘gevuld’ met bomen en dorpen, thans komt de kijker ogen tekort, want hij is meer en meer gaan detailleren. Overheersend is echter kleur, ofschoon zijn vormentaal in de loop der tijd eveneens beduidend aan kracht en raffinement heeft gewonnen. Daarbij is de kleur rood voor hem de kleur van warmte, groen is hetzelfde als natuur en lekker ruiken. En geel en oranje staan voor feest, de zon! Het credo van Ton Schulten: “Ik laat dingen gebeuren, die niet kunnen, maar die vreselijk interessant zijn wat hun effect betreft. Zo ontstaat er een voortdurend nieuw, creatief proces”.
Dat hij daarbij het landschap gebruikt als intermediair is een gevolg van het feit dat hij zich van jongs af aan verknocht voelt met dat landschap. “Het is een spel met verf, zegt hij. Geen vakmatig gebeuren, maar een avontuur waarin ik steeds nieuwe ontdekkingen doe. Het is een feest om zo te schilderen”. Behalve dat hij nieuw elan uit het verleden putte ontwikkelde hij een haast feilloze artistieke intuïtie, waarop zijn schilderkunst berust. Als gevolg daarvan kwam hij tot een geheel eigen handschrift dat hem onderscheidt van andere schilders. Daardoor zijn zijn doeken ook voortdurend anders.
“Bomen zijn geen bomen, maar toch herkennen en accepteren de mensen ze als zodanig”, zegt hij. “Hetzelfde is aan de hand met de kleuren die ik gebruik: luchten hebben vaak heel andere kleuren dan die, waarin ik ze schilder. En toch is er geen moment vervreemding bij het publiek”. Al met al blijkt dat het schilderen voor Ton Schulten een levenshouding is geworden. Een attitude, waarin hij volledig zich zelf kan zijn. Praktisch zijn hele leven wordt er door bepaald: om drie uur in de ochtend gaat hij naar zijn atelier om er in volledige afzondering tot diep in de middag te werken.
Karakteristiek voor zijn werk zijn behalve de intense kleuren de brede verticale banen op zijn doeken. Ze worden geplaatst naast andere, in weer andere kleuren gehouden stroken. Het is alsof er gordijnen open getrokken worden om de bezoeker de essentie van de dingen te openbaren. Alsof het een mozaïek betreft, waarover het licht steeds nieuwe kleuren tovert. Zoals gebroken glas onder bepaalde invalshoeken steeds andere kleuren van het spectrum laat zien. Het doet Ton Schulten zeggen dat het schilderen voor hem een ongekend avontuur is, waarin hij elke dag nieuwe ontdekkingen doet.
Inmiddels is Ton Schulten uitgegroeid tot één van de meest succesvolle beeldende kunstenaars die Nederland rijk is.